Afrikaans
Arabic
Basque
Bengali
Bulgarian
Catalan
Chinese Traditional
Czech
Danish
Dutch
English
Filipino
Finnish
French
Galician
German
Greek
Gujarati
Hebrew
Hindi
Hungarian
Icelandic
Indonesian
Italian
Japanese
Kannada
Korean
Latvian
Lithuanian
Malay
Malayalam
Marathi
Norwegian
Polish
Portuguese
Punjabi
Romanian
Russian
Serbian
Slovak
Spanish
Swedish
Tamil
Telugu
Thai
Turkish
Ukrainian
Vietnamese
Home
About
Contact Us
Home
>
How to Pronounce Dutch Words
>
Page 47
Browse Dutch Words in our Pronunciation Dictionary. Page 47
in de naam van
in de nabije toekomst
in de ochtend
in de ogen kijken
in de problemen
In de problemen komen
in de roos
in de steek gelaten
in de toekomst
In de tussentijd
in de val lokken
In de verkeerde richting
in de winter
in de zomer
in dienst
in dienst nemen
in diepe slaap
in diskrediet brengen
in dit geval
in een korte tijd
in een ogenblik
in een oogwenk
in een rij
in elkaar krimpen
in elkaar slaan
in elkaar zetten
in Engels
in gang gezet
In gedachten houden
in geen geval
in gevaar
in gevaar brengen
In godsnaam
in goed vertrouwen
in goede staat
in goede vorm
In grote mate
in haast
in het algemeen
in het belang van
in het bijzonder
in het buitenland
in het buitenland studeren
in het geheim
In het kort
in het leger gaan
in het midden
in het nauw gedreven
in het oog krijgen
in het openbaar
in het origineel
in het reine komen
in het verleden
in het vlees
in het voorbijgaan
in het weekend
in het wild
in huis
in iemands gedachten opkomen
in isolatie
in kaart brengen
in kwestie
in leven
in mijn eentje
in mijn jeugd
in mijn plaats
in mijn voordeel
in mindere mate
in opbouw
in overeenstemming met
in overvloed
in overweging
in perfecte harmonie
in plaats van
in principe
in prive
in ruil
in slaap
in slaap vallen
in tegengestelde richting
in tegenstelling tot
in termijnen
in theorie
in toenemende mate
in totaal
in tweeën delen
in verhouding tot
in verlegenheid brengen
in vlammen opgaan
in volle vlucht
in vrede
in vuur en vlam
In wat voor werk zit je?
in werkelijkheid
in zakken gedaan
in zekere zin
in zicht
in zichzelf gekeerd
in zijn geheel
in zo'n mate
in zoomen
inactief
inactiviteit
inademen
inademing
inaugurele
inbakeren
inbegrepen
inblikken
inboorling
inbraak
inbreken
inbreker
inbreuk
inbreuk maken
Inca
incarnatie
incest
inchecktijd
incident
incidentie
inclusief
incompetent
incompetentie
incompleet
inconsequent
inconsistentie
incontinentie
incubatietijd
indeling
inderdaad
indexeren
indicatie
indicatief
indicator
Indië
indie
indienen
indiensttreding
indigestie
indigo
indirect
indirect bewijs
Indisch
Indische Oceaan
indiscreet
indiscretie
individualisme
individualiteit
individueel
Individuele basis
Individuele behoeften
individuele rechten
Individuele verantwoordelijkheid
Indo-Europees
indolent
Indonesië
Indonesisch
indringer
indringing
indrinken
indruk
indruk maken
indrukwekkend
indruppelen
inductie
industrialisatie
industrie
industrieel
industriële ontwikkeling
industriële productie
ineengedoken
ineenkrimpen
ineenstorting
ineffectief
inefficiënt
inefficiëntie
inenten
inenting
inert
infanterie
infanterist
infecteren
infectie
inferieur
inferno
infiltratie
infiltreren
infinitief
inflatie
inflatiepercentage
inflexibel
influenza
informant
informatie
Informatie bevatten
informatie delen
Informatie dragen
informatie geven
Informatie ontvangen
previous
43
44
45
46
47
48
49
50
51
next