Home>How to Pronounce Dutch Words > Jobs and Occupations > Page 10

Browse Dutch Words in the Jobs and Occupations Category. Page 10

oppas
oppas
oppas
opperbevelhebber
opvoeder
opvolger
opzichter
opzichter
orakel
organisatie
organisator
orthodontist
orthopeed
ouderschapsverlof
overheidsambtenaar
overtreder
overvaller
overwerk
overzicht
paleontoloog
paparazzi
papierwerk
parachutist
parachutist
paramedicus
paranormaal begaafd
parlementariër
partizaan
parttime werken
pastoor
patholoog
patriarch
patrouille
pauper
pedagoog
pedagoog
pedel
pedicure
penningmeester
pensioenleeftijd
pensionering
personeel
personeel
personeelsbestand
personeelszaken
pestkop
pianist
piccolo
piccolo
piloot
piraat
plaatsvervangend
plaatsvervangend
planner
plastisch chirurg
plichtsverzuim
politicoloog
politicus
politie
politie agent
politie chef
politieagent
politieagente
poortwachter
portier
portier
portier
positie
postbode
postbode
postbode
postdoctoraal
pottenbakker
prediken
prediker
prefect
premier
premier
presentator
president
prieel
priester
priesteres
prins
prinses
prive detective
producent
productief
productiviteit
proeflezen
proefperiode
proeftijd
professioneel
Professionele activiteit
professionele ontwikkeling
professionele training
professor
profiteur
programmeur
projecteren