Home>How to Pronounce Dutch Words > Sports > Page 1

Browse Dutch Words in the Sports Category. Page 1

aartsrivaal
achterhand
achterveld
amfitheater
arbiter
atleet
atletiek
atletisch
autoracen
baan en veld
bal
balspeler
basketbal
basketbal
basketbal speler
basketballer
basketbalveld
beklimmen
bergbeklimmen
bergbeklimmen
bergbeklimmer
bergbeklimmer
biljart
biljart
binnenzwembad
blokker
bobslee
bobslee
bodybuilder
bodybuilding
boksbal
boksen
bokser
boog
boogschieten
boot
bowler
bowling
breek een record
buitenspel
camping
cheerleader
coach
competitie
concurrent
concurrentie
cricketspeler
croquet
cross trainer
darts
de regels overtreden
deelnemer
Delta vliegen
Derby
discus
diskwalificatie
diskwalificeren
Doe jij aan een sport?
doel paal
doelman
doelman
doos
duiken
duiken
duiker
dunken
een bal vangen
een doelpunt maken
een prijs winnen
Een record verslaan
een spier verrekken
eerlijk spel
egaliseren
eindstreep
estafette
extreem
extreme sporten
fiets
fiets
fietsen
fietser
fietser
finales
galop
galop
gewichtheffen
glijden
golf
golfspeler
golfwagentje
gouden medaille
gouden medaillewinnaar
gymles
gymnasium
gymnast
gymnastiek
gymnastiek-
halfback
halter
halter