Home>How to Pronounce Dutch Words > Time and Calendar > Time > Page 4

Browse Dutch Words in the Time Category. Page 4

rooster
ruim van tevoren
s avonds
s avonds laat
schemering
sindsdien
soms
spoedig
Steentijd
stopwatch
te laat
te snel
tegelijkertijd
tegenwoordige tijd
tempo
termijn
tien jaar oud
tijd
tijd BESPAREN
tijd besteden
tijd machine
tijd nemen
tijd verspillen
tijd verstrijken
tijdelijk
tijdelijk
Tijdelijke maatregel
tijdig
tijdlijn
tijdloos
tijdperk
tijdperk
tijdreizen
tijdrovend
tijdslimiet
tijdsperiode
tijdsspanne
tijdsverspilling
tijdzone
time-out
time-out
timer
timing
tot nu toe
Tot snel
tot voor kort
trimester
twee jaar geleden
twee jaar oud
twee keer per week
twee weken
twintig jaar oud
twintigste verjaardag
uitstel
uur
van tijd tot tijd
Van zonsopgang tot zonsondergang
vanavond
vandaag
vaste datum
verlengde periode
verlopen
vertraagd
vertragen
vervaldatum
vervlogen tijden
vier uur
vijftigste verjaardag
volgend decennium
volgende paar dagen
volgende week
volgende week
vóór
voor 10 jaar
voor een lange tijd
voor een moment
voor een ogenblik
voor een onbepaalde tijd
voor een poosje
voor lang
vooraf
voorlopig
voorlopig
vooroorlogs
vorig jaar
vorige week
vorige week
vormende jaren
vredestijd
vrije tijd
Vrije tijd
vroeg
Vroeg uur
vroege avond
vroege morgen
vroege nacht
Vroege ochtenduren
vroege zomer
vroeger
vroeger